Als je een nieuwe Ubuntu-installatie doet, krijg je het bovenstaande te zien.
- Dit is het hoofdmenu. Via het hoofdmenu kan je aan toepassingen, locaties en systeeminstellingen. Drie opties (Toepassingen / Locaties / Systeem) zijn gemakkelijk zodat je niet bij instellingen terechtkomt als je gewoon een toepassing wilt openen.
- Dit zijn snelstarters oftewel starters, items die vastgeplakt zijn aan het paneel waardoor je snel een toepassing kan starten.
- Het systeemvak met system indicators. Hier vind je informatie over verborgen programma's of programma's die in de achtergrond draaien.
- Datum, gebruiker en het systeemmenu, hier kan je de datum lezen, een kalender raadplegen, weersvoorspellingen zien (als je locatie is ingesteld) en je gebruikersinformatie updaten (via verschillende netwerken zoals Facebook, MSN, etc.)
- Bureaublad tonen. Doet wat het zegt.
- Actieve vensters. Dit zijn vensters die actief zijn, geminimaliseerd of niet. Als er haken staan rond de tekst [] dan is het venster geminimaliseerd.
- Werkbladen. Als je graag werkt met verschillende werkbladen, dan kan je dat hier.